Geachte Bruno Latour,
Het antwoord op uw vraag op het eind van uw boek ‘Waar kunnen we landen?’ of wij ons aangesproken voelen in de ruimste zin van het woord, is volmondig ja! Niet alleen theoretisch, maar we zijn ook praktisch zo’n landingsplaats waar we 30 jaar de ervaring hebben opgedaan, die u zo treffend beschrijft. Ja, we hebben ‘een leger aan vijanden’, dus ja, we doen het goed!! Wie zou ooit hebben gedacht dat wij zo’n inleiding zouden schrijven aan een professor. Eindelijk is er iemand die begrijpt wat wij hebben meegemaakt als collectief en die onze ervaringen zelfs voorspeld zou hebben, als we uw boek 30 jaar geleden, zouden hebben gelezen. Het heeft ons grote moeite gekost om deze landingsplek te veroveren. Natuurlijk waren en zijn onze ambities groot; een experimenteer, c.q. oefenplek creëren die in de kern ambachtelijk zeer veelzijdig is, met voldoende aardbewoners om van een gemeenschap te kunnen spreken, om op die wijze een Gaia avant-garde voor te bereiden op de toekomst. We schrijven veroveren want tot op de dag van vandaag zijn er Mensen die ons onze plek als Aardbewoners betwisten. We hebben gemerkt dat de energie van onze plek als een soort spiegel werkt, die de schaduwzijde van iemands Menszijn, als het ware triggert., wanneer die schaduwzijde niet gekend wordt; niet geaard is.
Dit als korte inleiding. De essentie waarvoor we echter contact met u zoeken gaat natuurlijk voorbij deze, hoewel niet onbelangrijke, ervaringen. We willen u vooral vragen mee te helpen om dit landingsplaats concept mee te helpen verspreiden in Europa. Daartoe willen we de EU vragen om in het kader van de Green Deal dit laten ontstaan van een Gaianetwerk financieel en anderszins te ondersteunen. Op het eind van dit schrijven werken we dit voorstel nader uit.
Maar laten wij ons eerst verder voorstellen. Wie zijn wij? Wat is onze visie. Wij zijn een woon- werkgemeenschap, die als vereniging Ecolonie sinds 1989 is gevestigd in Hennezel, in de Franse Lage Vogezen. Je zou ons een Gaiacollectief kunnen noemen. Permanent wonen er bij ons gemiddeld 25 vaste bewoners en komen er gemiddeld per jaar 200 tijdelijke participanten uit de hele wereld, die al werkend zich oriënteren op onze, zoals wij dat noemen EcoZeN leefwijze, of nu misschien beter gezegd Gaia Leefwijze. Daarnaast bezoeken per jaar gemiddeld 2500 volwassenen onze plek in hun vakantie om vooral kennis te maken met onze leefwijze. De meeste van onze bewoners, tijdelijke participanten en gasten komen uit het Nederlandstalig Europa.
Om onze ontwikkeling samenvattend te kunnen omschrijven gebruiken wij meestal een metafoor in vergelijking met de menselijke ontwikkeling. Onze eerste negen jaren beschouwen we als de zwangerschapsperiode. Vooral Mensen woonden op Ecolonie, met alle negatieve gevolgen van dien. Ze wilden er een rustplaats, een vluchtplaats van maken zonder visie. Na die negen jaar kwam er een nieuwe groep die veel meer de kenmerken van Aardbewoners hadden. Hoewel nog niet voldoende uitgekristalliseerd zorgde dit bewustzijn er wel voor dat de aanvangssituatie ( de geboorte) uit kon groeien via diverse fasen (baby, peuter, etc) tot wie we nu zijn, ‘de jong volwassene’, die materieel en wat visie betreft bestaansrecht heeft gekregen. We durven te zeggen dat wij een van de weinige levensvatbare gemeenschappen zijn in West Europa, die zonder subsidie in staat is haar veelzijdige doelstellingen te realiseren. In die jaren hebben we ook stap voor stap onze visie verder kunnen uitwerken, in de wetenschap dat het hebben van een visie het organiserende beginsel is.
Onze veelzijdigheid in werkvormen, die in de loop der jaren steeds verder is verbreed, bestaat uit ongeveer 20 ambachtelijke projecten (biologisch gecertificeerd), te weten: groenten- en kruidentuin, bakkerij, geitenboerderij , kaasmakerij, kippenhouderij, bijenteelt, koksopleiding, gastenverblijf, weckerij, verwerking kruiden, winkel, restaurant, terreinonderhoud, etc. Onze ontwikkeling heeft er op een gegeven moment toe geleid, nadat we financieel en inhoudelijk bestaansrecht hadden verworven, dat we een EcoZeN College konden starten. We boden vanaf dat moment 2 jarige stageplekken aan (met gratis kost en inwoning) voor een ieder die een ambacht wilde leren. De visie – een soort filosofische beschouwingen - achter dit EcoZeN College is uitvoerig (80 pagina’s) beschreven.Peter Sloterdijk zijn visie uit zijn boek ‘Je moet je leven veranderen’ maakt een substantieel deel uit van hetgeen wij te melden hebben. In een bij dit schrijven meegestuurde Engelstalige bijlage treft u een aantal pagina’s aan uit onze visie, die betrekking hebben op bovengenoemd College.
Voor de goede orde: ons bestaansrecht blijkt, behalve uit een onvoorstelbare geestelijke en praktische rijkdom, uit het feit dat we al tien jaren een gemiddelde omzet hebben van een half miljoen euro. Bewoners werken en wonen er voor kost en inwoning en krijgen zak, kleed- en vakantiegeld. Ze maken gebruik van een paar gemeenschappelijke auto’s. Samengevat noemen we dit een basisinkomen.
Onze landingsplek blijkt in toenemende mate een aantrekkingskracht te hebben van Mensen , die intuïtief aanvoelen en soms ook verwoorden, om Aardbewoner te worden, maar uit eindelijk daarvoor nog terug schrikken. Een enkeling maakt de stap. Maar de tijden zullen o.i. snel veranderen - maar dat hoeven we u niet te vertellen - op het moment dat men begint door te krijgen ‘dat de tijd van rustig meeliften voor half geld voorbij is en men zal beseffen dat er niet zo iets bestaat als een mensenrecht op niet-overbelasting.’ (Sloterdijk). Hoewel Sloterdijk niet al te optimistisch is op de vraag ‘wie moet het doen’ , en hij verwijst daarbij naar een voortschrijdende integratiecatastrofe (globalisering) en desintegratiecatastrofe in één, willen we desalniettemin vooruitziend filosoferen en handelen en ons zelf daarbij niet te klein maken, omdat we hebben gezien wat je als Aardbewoner kunt realiseren zonder subsidie, daarbij steeds de duurzame vertraagde tijd in acht nemend.
Dat brengt ons bij de eerdere constatering dat er in potentie veel belangstelling is om Aardbewoner te zijn, maar dat die groep Mensen geholpen moet worden om die transformatie te realiseren, concreet te maken. U schrijft in uw boekje ‘Waar kunnen we landen’ zelf ook dat ‘het des te belangrijker is, omdat de plaatsen waar de verschillende typen migranten zullen komen te wonen nog van de grond af moeten worden opgebouwd. Terwijl het Lokale is gemaakt om zich te differentiëren door zich af te sluiten, is het Aardse gemaakt om zich te differentiëren door zich open te stellen.’ Zoals dat in onze situatie het geval is. Wij zullen dan ook nu al de voorbereidingen moeten treffen – vanuit ons perspectief gezien als Gaia-collectief - om de infrastructuur van toekomstige ‘landingsplekken’ te realiseren. Gelet op onze ervaringen hebben we al jaren de wens, zoals eerder genoemd, om ons Gaiaconcept te vermenigvuldigen. We zien voor ons het beeld dat in heel Europa op het platteland tientallen, ja misschien wel honderden Gaia Collectieven ontstaan ( ‘duizend bloemen bloeien’) , als het ware ‘ Gaia-eilanden van de toekomst.’ Collectieven naar het voorbeeld van de kloosters in de vroege Middeleeuwen tot de Kibboets in de woestijnen. Belangrijke initiatieven die het effect hadden dat ze ook de omgeving socialiseerden. Zoals nu ook door onze aanwezigheid kleine geitenboeren uit de omgeving in de Vogezen, bestaansrecht hebben gekregen omdat wij hun melk verwerken tot kaas. Het Europese platteland dat door de urbanisatie is leeg gelopen vraagt om deze benadering. Opvallend is in dit verband de oproep van de beroemde Nederlandse architect Remco Koolhaas om het platteland te herontdekken. Kortom, onze idee is realistisch – we zijn geen luchtfietsers – en zal de nodige strijd vragen.
Natuurlijke is er hierbij geen sprake meer van een verticale lijn, zoals bij de kloosters, als motivatie voor het handelen. We zullen de eeuwenlange invloed van de autoriteit van de verticale kracht dienen om te buigen in die van de autoriteit van de horizontale kracht .‘Ze bezit autoriteit omdat ze zich beroept op iets onvoorstelbaars waarvan ze de voorafschaduwing is: de wereldwijde catastrofe.’(Sloterdijk) . Nogmaals we citeren Sloterdijk niet omdat u dit niet weet, maar om de context van ons denk- en handelingskader aan te geven.
Waarbij we vooral steeds de vraag hebben gesteld: hoe moeten we het doen. Het antwoord op die vraag begint met het erkennen dat we als mens alleen maar oefenende wezens zijn. We zullen nu deze herhalende scheppende handelingen dienstbaar moeten maken aan een andere creatie het Nieuwe Klimaatregime. Als we over oefenen spreken dan hebben we het over scholing, ambachtelijke aardse scholing. Gaia Collectieven zullen bewoond moeten worden door leraren zonder grenzen. Deze collectieven worden daarmee de machtigste organisaties van de toekomstige wereld. We zullen met elkaar daarin weer beginnelingen, leerlingen moeten zijn. Deze collectieven vertegenwoordigen als het ware een nieuwe cyclus van secessies ( afscheidingen), om de Mensen opnieuw weg te leiden - zij het niet uit de wereld, maar uit de matheid, de mismoedigheid, de verstoktheid, maar vooral uit de banaliteit en de frivoliteiten. Opdat zij Aardebewoners kunnen worden.
Gaia gemeenschappen of collectieven zullen moeten werken vanuit het Nieuwe Klimaatregime, zoals zo treffend en uitvoerig door u is beschreven en op de volgende vier belangrijke pijlers moeten rusten:
- Het hebben van een gemeenschappelijke noemer, zodat de gemeenschap niet uit elkaar valt. Gaia – sommigen spreken ook van de Grote Moeder – is daarbij de bindende Zij is de garantie voor een gemeenschap gebaseerd op en ‘vrouwelijke’( holistische) waarden, zoals liefde, respect, moed, verbondenheid, samenwerking, rechtvaardigheid en duurzaamheid en de mannelijke scheppende waarden om het schijnbaar onmogelijke mogelijk te maken, zodat woorden daden worden.
- De tweede belangrijke pijler is een gezamenlijke ‘kloosterlijke’ regel. Zonder discipline van binnenuit faalt een gemeenschap. Wij hebben dat door schade en schande ondervonden, hoe belangrijk deze regel is. Daarbij gaat het om een sterke intrinsieke motivatie en inzicht, anders kan de overgang van Menszijn naar Aardebewoner niet gemaakt worden. Als die strengheid van de discipline niet opgebracht kan worden, omdat de oude karrensporen te diep in het zand zijn uitgeslepen, dan is Aardebewoner worden geen optie meer voor de betreffende Mens.
- De derde pijler bestaat uit dienstbaarheid. Zonder dat (mededogen) is geen innerlijke groei mogelijk. Deze moet voortdurend getest worden door het dagelijkse praktische leven. Contact met anderen – daarom zijn gemeenschappen zo belangrijk – is cruciaal om te komen tot innerlijke en uiterlijke groei. Waarbij het zeer belangrijk is dat leden van een gemeenschap leiderschap accepteren dat gebaseerd is op het voor leven van de Gaia EcoZeN leefwijze.
- De vierde pijler is de materialisering van de drie voorgaande peilers, te weten: veelzijdig zijn in de duurzame uitvoering, zelfvoorzienende voedselproductie en sociaal economisch van betekenis zijn voor een wijde omgeving. Andere vormen van ambachtelijke werkzaamheden kunnen zich daarbij aansluiten, zoals meubelmakerij, naaiatelier, ict etc.
NB.: Voor de duidelijkheid: wij hanteren bewust niet het begrip Ecodorp omdat we de ervaring hebben dat deze worden bewoond door Mensen, die de vorm van wonen met name, zien als een vrijblijvend speelobject. Hoewel we de naam ecodorp wel eens gebruikt hebben voor onze woon- werkgemeenschap willen we die associatie nadrukkelijk achter ons laten, nu het denkkader van het Nieuwe Klimaatregime, met de daarbij behorende begrippen, die u ons heeft aangereikt, ons zoveel meer helderheid heeft gebracht.
Wat willen we realiseren?
Zoals we hiervoor schreven: we zien voor ons het beeld dat in heel Europa op het platteland tientallen, ja misschien wel honderden Gaia Collectieven ontstaan ( ‘duizend bloemen bloeien’) , als het ware ‘ Gaia-eilanden van de toekomst.’ Collectieven naar het voorbeeld van de kloosters in de vroege Middeleeuwen tot de Kibboets in de woestijnen van Israël. Belangrijke initiatieven die o.a. tot gevolg hadden dat ze economisch en sociaal van belang waren voor hun omgeving en de ontwikkeling daarvan.
Belangrijk is dat degenen die daar de leiding hebben, de avant-garde, ‘filosofen van de toekomst’ zijn. Filosofen van de toekomst zijn diegenen die vanzelfsprekend Aardbewoner zijn en weten om te gaan met de paradoxen van het leven. Zij hebben een visie, waarin op intelligente wijze denken en handelen worden verbonden tot een geheel. Zij zijn de ‘trekkers’ van deze Collectieven, en geven de ‘duwers’ de kans om dit initiatief mee vorm te geven.
Vanuit onze ervaring zien we dat steeds meer jongeren en volwassenen (20 – 50 jaar) Aardbewoner willen worden. Alleen ze weten niet waar te landen, omdat er geen landingsplekken zijn (met name in de dichtbevolkte gebieden van Europa) of de materiële middelen en ondersteuning ontbreken om bijvoorbeeld plekken die wel beschikbaar zijn ( Frankrijk, Spanje) te ontwikkelen.
Europa, de EU in deze, zou een grote rol kunnen spelen in het kader van haar Green Deal programma om een ondersteunende en stimulerende rol te spelen in die ontwikkeling. Belangrijk daarbij is natuurlijk dat de verbeelding aan de macht komt; dat scheppende krachten worden vrijgemaakt. Wij beseffen als geen ander dat het belangrijk is om met moed, inzicht en doorzettingsvermogen de eerste stappen gezet moeten worden, om vervolgens met verbazing te zien, hoe dat wat nu ‘unabgegolten’is, om met de filosoof Ernst Bloch te spreken, werkelijkheid wordt. Dat mag nooit een technocratisch planningsproces zijn gebaseerd op het paradigma van de Mensen, maar zal zich organisch ontwikkelen vanuit het paradigma van de Aardbewoner.
Eerste stappen
Om een begin te maken zullen we eerst een denk-collectief moeten samenstellen, bestaande uit verschillende kundigheden (vooral dus filosofische), maar ook antropologische, die in staat zijn boven genoemd basisidee, uit te werken. Ecolonie kan daar een belangrijke rol in spelen. Behalve in de rol van voorbeeldcollectief, heeft zij voorzieningen om geïnteresseerden te ontvangen en wegwijs te maken in het gedachtegoed van Aardbewoner zijn en van het hierboven beschreven idee/plan. Daarbij kan het een voordeel zijn dat zij in het centrum van West Europa ligt.
Bovengenoemde aanpak vraagt om een voorfinanciering, dat moge duidelijk zijn, wil er een goed onderbouwd plan komen, dat is afgestemd op het denkkader van de beleidsambtenaren van de EU. Een te amateuristisch gepresenteerd plan, hoe goed bedoeld ook, zou haar doel immers kunnen voorbij schieten.
Deze voorfinanciering kan ook gevraagd worden aan private fondsen, die het de moeite waard vinden om het basisidee verder uit te werken.
Vraag
Geachte professor Bruno Latour, hoe kijkt u inhoudelijk aan tegen bovenstaande uiteenzetting vanuit het perspectief van het Nieuwe Klimaatregime. Kunt u een inschatting maken of dit idee het de moeite waard maakt om nader uit gewerkt te worden. Indien dat het geval is, kunt u ons dan bij de uitwerking helpen met adviezen, dan wel bijvoorbeeld in het organiseren van een comité van aanbeveling, bijvoorbeeld daar waar het gaat om een voorlopige subsidieaanvraag bij de EU, ten behoeve van de voorfinanciering.
In afwachting van uw antwoord,
Met vriendelijke groet,
Namens het bestuur van de Association Ecolonie,
Henkjan de Blaauw
secretaris