Meidoorn is een kleine tot middelgrote boom met witte of roze bloemen in schermen en donkere, glanzendgroene getande bladeren. De boom kan wel tot 500 jaar oud worden. In de prehistorie diende de boom (waarschijnlijk de bessen) als voedsel, dit is aangetoond door de zaden die men gevonden heeft in terpen. Later is meidoorn gebruikt als geneesmiddel om zijn samentrekkende, urinedrijvende en hartversterkende werking. De eenstijlige en tweestijlige meidoorn hebben dezelfde geneeskrachtige eigenschappen.
Naamgeving
Synoniemen: Crataegus Monogyna (eenstijlige meidoorn), Crataegus Laevigata (tweestijlige meidoorn).
Nederlandse namen: Deur, Deurnboom, Doorleer, Doornage, Doornbeziën, Doornboom, Haafappelboom, Hakedoorn, Haagdoorn, Hagedoorn, Meibloemen, Meitakken, Pikkebezen, Spillebezie, Spinnebezie, Steendoorn, Steenbessen, Stekelboom, Muldertje, Tuiteboom, Wibbelken, Zweienbeiers.
De naam Crataegus werd gegeven door Dioscorides en is afgeleid door het Griekse woord kratos , wat staat voor kracht, sterkte en sloeg op de hardheid van het hout.
Oxyacantha: oxy = scherp en acantha = doorn.